Dutch tax envelope

De aansprakelijkheid van de belastingadviseur

31 Januar 2023
/  Ashley Geerts

De aansprakelijkheid van de belastingadviseur

Waar gehakt wordt, vallen spaanders. Onze advocaten van de sectie Haftungsrecht te Amsterdam kunnen dat onderschrijven. Op dagelijkse basis behandelen zij zaken met betrekking tot beroepsfouten, en staan zij professionals en gedupeerden bij in aansprakelijkheidskwesties. De gedupeerde zet doorgaans in op een schadevergoeding of zoekt genoegdoening bij de tuchtrechter. De professional op zijn beurt hoeft ook niet stil te zitten terwijl hij geschoren wordt, en dat is beslist ook onverstandig. De professional doet er evenzogoed verstandig aan om juridische bijstand in te roepen.

In een reeks van artikelen gaan we in op de onderscheiden aansprakelijkheidsnormen voor specifieke professionals. Eerder kwamen al de Makler en de Buchhalter aan bod. In dit derde artikel staat het handelen van de belastingadviseur centraal. Welke gedragsvoorschriften normeren het handelen van de belastingadviseur, en waar moet een gedupeerde naartoe om zijn recht te halen?

Soorten zaken

De belastingadviseur of fiscalist heeft een stoffig imago, maar het werkgebied van de belastingadviseur gaat verder dan alleen het indienen van de belastingaangifte. Een belastingadviseur is in de praktijk veelal ook de spil in complexe en internationale vermogenstransacties. In zoverre komt de belastingadviseur in alle ‘soorten en maten’. Je vindt de belastingadviseur in het dorp op de hoek, maar ook in de chique kantoorgebouwen van de zogenoemde “big four”. We hebben het dan over Deloitte, Ernst & Young, KPMG Und PWC. Het werkveld van de belastingadviseur is dus bijzonder breed, maar wat hebben alle belastingadviseurs gemeen? Ze maken allemaal fouten. Niet omdat de belastingadviseur zijn vak doorgaans niet verstaat, maar omdat ook de belastingadviseur nu eenmaal een mens is en daarmee niet onfeilbaar.

In de praktijk komen we het schoolvoorbeeld van de onjuiste of te late aangifte zeker tegen. Een saillante bijkomstigheid in dat verband, is dat het doen van een onjuiste aangifte ook een strafbaar feit inhoudt (artikel 225 Sr). Wie meent dat de soep voor de belastingadviseur in de praktijk niet zo heet wordt gegeten, die komt bovendien bedrogen uit. Een zaak die zelfs de media haalde was die van de extreemrechtse politicus (en belastingadviseur) Wim Vreeswijk. Deze politicus werd op 14 februari 2017 door de Rechtbank Amsterdam veroordeeld tot tien maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf omdat hij voor 2.500 allochtonen fraudeleuze belastingaangiften had ingediend. Vreeswijk werd in cassatie weliswaar goeddeels vrijgesproken – de Hoge Raad oordeelde dat de cliënt ter zake eindverantwoordelijk blijft – echter een belastingadviseur ontspringt de dans (ook) in strafrechtelijke zin dus niet geheel.

De jongste zaak op ons bureau handelt over een vermogende man die door een van de grote accountantskantoren als klant werd geweigerd. De man werd geweigerd vanwege zijn politieke gezindheid, en onze cliënt heeft daar geen genoegen mee willen nemen. De zaak loopt inmiddels bij de tuchtrechter, alsook hebben we een procedure aanhangig gemaakt bij het College voor de Rechten van de Mens (CRM). Het kantoor handelde immers ook en nota bene in strijd met fundamentele grondrechten. Voor de man was een principezaak aan de orde, en in zoverre vorderen we (vooralsnog) geen schadevergoeding. Dat kan nog veranderen.

Civiele normen

Als het de bedoeling is om een schadevergoeding af te dwingen vanwege de beroepsfout – en dat is meestal het geval – dan is de rechtbank de aangewezen instantie. De gedupeerde zal zich in de(ze) civiele procedure dan doorgaans op het standpunt stellen dat de belastingadviseur zijn zorgplicht heeft geschonden. Deze zorgplicht volgt expliciet uit de wet wanneer de gedupeerde zijn ‘eigen’ belastingadviseur aanspreekt (artikel 7:401 BW). Als een derde schade lijdt als gevolg van het handelen van de belastingadviseur, dan wordt de aansprakelijkheid en zorgplicht van de belastingadviseur gegrond op de onrechtmatige daad (artikel 6:162 BW). Wat onder de zorgplicht moet worden verstaan is in juridisch jargon “casuïstiek”, of beter gezegd: koffiedik kijken. Telkens zijn de omstandigheden van het geval beslissend, en geen situatie is nu eenmaal hetzelfde.

Om toch enige houvast te bieden, in het navolgende dan toch een poging om tot enkele vuistregels te komen voor het handelen van de belastingadviseur. In algemene zin geldt dat de (wettelijke) zorgplicht van de belastingadviseur jegens zijn klant nadrukkelijk zwaarder weegt dan jegens derden. In algemene zin geldt verder dat het handelen van de belastingadviseur jegens zijn cliënt wordt bemeten naar het handelen van zijn redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot. Hoe zou een andere belastingadviseur die zijn (wel) vak verstaat, de zogenoemde “maatman”, in de gegeven situatie hebben gehandeld? Dat is de kernvraag die in elke civiele uitspraak terugkomt.

In ieder geval wordt aangenomen dat de maatman-belastingadviseur zijn cliënt niet blootstelt aan voorzienbare en vermijdbare risico’s. De belastingadviseur dient zijn cliënt daarenboven proactief te wijzen op fiscale faciliteiten, aldus de Hoge Raad. Helder is verder dat de fiscale adviezen moeten deugen, dat de belastingadviseur zich op de hoogte moet stellen van de ontwikkelingen in zijn vakgebied en de problematiek rondom de onjuiste aangifte kwam al aan de orde. De cliënt is dan wel zelf verantwoordelijk jegens de Belastingdienst, maar in de verhouding tot de belastingadviseur kan regres worden genomen. Met het nemen van regres komt de bon in feite als nog voor rekening van de belastingadviseur.

Tuchtnormen

Het handelen van de belastingadviseur wordt, behalve door de civiele rechter, ook genormeerd door de tuchtrechter. In zekere zin bestaat zelfs een mate van onderlinge samenhang tussen de colleges, omdat de civiele rechter de vraag beoordeelt of de belastingadviseur zich als een maatman-belastingadviseur heeft gedragen. Wat van een deugdelijk belastingadviseur mag worden verwacht en wat binnen de branche heeft te gelden als de norm, dat wordt bepaald door de tuchtrechter. De tuchtrechter bepaalt met andere woorden wie de maatman-belastingadviseur eigenlijk is.

In een tuchtprocedure oordeelt een tuchtcollege, doorgaans een college van vakgenoten, over maatregelen die de professional in zijn professie raken of hem belemmeren om nog langer zijn professie uit te oefenen. In zoverre is het gevolg van een tuchtprocedure voor de belastingadviseur veelal verstrekkender dan de civiele procedure, zeker wanneer de professional voor een te betalen vergoeding toch is verzekerd. In onze Aansprakelijkheidspraktijk starten we voor gedupeerden doorgaans dan ook een civiele procedure én een tuchtprocedure; omdat een veroordeling in de tuchtprocedure veelal de opmaat vormt voor schadevergoeding in civiele procedure, en vanwege de druk die wordt uitgeoefend. Een tuchtmaatregel raakt de professional zoals gezegd meer, wat zich vertaalt in meer bereidheid om er middels een schikking uit te komen.

In Nederland is de titel van belastingadviseur niet beschermd. Dat betekent dat eenieder die dat wil zich belastingadviseur kan noemen. In de praktijk komen we dan ook veel zelfbenoemde belastingexperts tegen. Het is daarom dat brancheorganisaties tot stand zijn gekomen om de kwaliteit te garanderen. In Nederland zijn voor de belastingadviseur twee brancheorganisaties actief: het Register Belastingadviseurs (RB) en de Nederlandse Orde van Belastingadviseur (NOB). De beide brancheorganisaties hebben elk een eigen tuchtrecht en eigen gedragsregels. Het RB claimt van de twee brancheorganisaties de grootste organisatie te zijn, maar voor onze Aansprakelijkheidsrechtprakrijk is de NOB de belangrijkste instantie. Terwijl het RB zich met name richt op het klein- en middenbedrijf, zijn de belastingadviseurs van de grotere kantoren doorgaans uitsluitend aangesloten bij de NOB.

Op grond van artikel 17 van de Statuten Nederlandse Orde van Belastingadviseurs, is de belastingadviseur gehouden om zijn werkzaamheden op een eerlijke, zorgvuldige en behoorlijke wijze te verrichten. De belastingadviseur moet zich volgens het artikel voorts houden aan wet- en regelgeving en zich verder onthouden van al wat overigens in strijd is met de eer en waardigheid van het beroep. In onze jongste zaak, waarin onze cliënt als klant werd geweigerd vanwege zijn politieke voorkeur, hebben we eigenlijk alle voornoemde tuchtnormen wel tegengeworpen. Discriminatie is niet behoorlijk, is ook in strijd met de wet en zeker ook in strijd met de eer en waardigheid van het beroep. De betreffende belastingadviseur kan een tuchtmaatregel tegemoet zien, die op grond van artikel 19 van de statuten kan bestaan in een waarschuwing, berispring, schorsing en ontzetting uit het lidmaatschap.

Rechtsgang

Als de gedupeerde op zoek is naar schadevergoeding, dan dagvaardt hij de belastingadviseur in een civiele procedure voor de rechtbank. Die procedure is recht-toe-recht-aan. De gedupeerde die daarnaast een tuchtklacht wenst in te stellen bij de NOB, richt zijn klaagschrift overeenkomstig het Reglement Tuchtzaken maarliefst in zesvoud aan de Raad van Tucht van de NOB. De voorzitter kan na ontvangst van de klacht mediation voorstellen, maar mediation is slechts aan de orde met een instemmen van de beide partijen. In de praktijk geven wij doorgaans aan niet te voelen voor mediation, waarop de belastingadviseur een verweerschrift moet indienen, waarop een mondelinge behandeling volgt en waarna de NOB tot besluit uitspraak doet.

Over het algemeen is de tuchtprocedure eerder doorlopen dan de civiele procedure, zodat als de beide procedures parallel worden ingezet, de bevindingen van de tuchtrechter kunnen worden meegenomen in de civiele procedure strekkende tot schadevergoeding. Hoe zit het met de kosten van de beide procedures? In de civiele procedure betaalt de eiser een griffierecht, (onder meer) afhankelijk van het beloop van de vergoeding die wordt gevorderd. De tuchtprocedure is kosteloos.

Vragen?

Bent u gedupeerd door de handelswijze van een belastingadviseur, of bent u als belastingadviseur juist het mikpunt geworden? Onze advocaten van de sectie Haftungsrecht te Amsterdam zijn u graag van dienst. Voor meer informatie en vragen kunt u contact opnemen met Eka Tinga, Ashley Geerts of Michael Dol.

Michaël
Dol
Aansprakelijkheidsrecht, Letselschade, Procesrecht
Amsterdam
Ashley
Geerts
Aansprakelijkheidsrecht, Letselschade, Procesrecht
Amsterdam
Eke
Tinga
Personenschaden, Haftungsrecht
Amsterdam

Auch interessant

Keine verwandten Nachrichten zum Anzeigen.

Standorte